Halsbandparkiet, Amerikaanse rivierkreeft, wasbeer, tijgermug: het zijn zomaar wat voorbeelden van zogenoemde invasieve exoten die in ons land voorkomen.
Maar hoe komen ze hier en wat doet u er tegen?
Wat zijn exoten?
Omdat deze soorten niet op eigen kracht maar door de mens in Nederland terecht zijn gekomen, heten ze Exoot. Vanwege hun explosieve verspreiding en de negatieve gevolgen daarvan voor natuur, volksgezondheid, veiligheid en economie zijn ze Invasief.
Het voorkomen, opsporen, bestrijden en monitoren van de soorten is dan ook urgent en van groot belang.
Wet- en regelgeving invasieve exoten in het kort
EU-exotenverordening
Sinds 1 januari 2015 is de ‘EU-exotenverordening’ van kracht. Onderdeel van deze verordening is de ‘Unielijst’ (sinds 3 augustus 2016) een lijst met aanvankelijk 52 soorten waarvoor een gezamenlijke aanpak van alle lidstaten nodig is.
De Unielijst is een dynamische lijst die met enige regelmaat wordt geactualiseerd.
In 2019 is de lijst opnieuw aangevuld met zeventien soorten.
EU-regels opgenomen in nationale wet- en regelgeving
Volgens artikel 20 van de EU-exotenverordening moeten lidstaten herstelmaatregelen treffen om ecosystemen te versterken zodat die beter zijn opgewassen tegen invasieve exoten. Ook moeten lidstaten de schade die is aangebracht door deze exoten herstellen. Tenslotte moeten ze de staat van instandhouding van beschermde soorten en hun habitats bevorderen, óók buiten de gebieden die volgens de Habitatrichtlijn en de Vogelrichtlijn zijn aangewezen.
Nederland heeft de relevante onderdelen uit de EU-exotenverordening en de Unielijst opgenomen in de Wet natuurbescherming.
Verantwoordelijkheid provincies
Een wijziging van de Regeling natuurbescherming maakt provincies sinds 7 maart 2018 verantwoordelijk voor uitroeiing of beheersing van invasieve exoten en voor herstel van beschermde soorten en habitats.
Wat moet u als gemeente of terreinbeheerder doen tegen Invasieve exoten?
Er zijn drie mogelijke oorzaken te noemen waardoor een exoot soms gaat “woekeren” en zich ontwikkelt tot een invasieve soort:
- Het ontbreken van predatoren, ziekten of parasieten die de aantallen van de nieuwe soort laag houden;
- De aanwezigheid van een ziekte of parasiet in de exoot waarvoor de exoot immuun is maar de autochtone soort niet, zodat de exoot de autochtone soort vervangt;
- De soort benut een gebied of habitat die nog niet wordt gebruikt, waardoor de soort geen concurrentie ondervindt.
In het geval van planten leiden één of meerdere van deze oorzaken ertoe dat de exoot meer zaad vormt en/of sneller groeit dan de autochtoon. Hierdoor kan de exoot inheemse planten verdringen.
In het geval van dieren leiden één of meerdere van deze oorzaken ertoe dat de exoot in aantal toeneemt. Om deze biomassa te onderhouden wordt voedsel gegeten.
De exoot kan hen dan wegconcurreren.
Invasieve exoten lijst
Tijgermug
De Aziatische Tijgermug wordt als een ernstige bedreiging gezien voor onze volksgezondheid, daarom is de NVWA belast met het monitoren, registreren en bestrijden van deze mug.
Muskusrat
Deze rat is in de vorige eeuw geïntroduceerd in Europa, als jachtdier en vanwege zijn mooie pels. Een nietsvermoedende Tsjechische graaf nam er begin 20ste eeuw een paar mee vanuit een jachtreis door Alaska. Eenmaal in Tsjechië plantten de dieren zich als razenden voort: in tien jaar tijd was de populatie gestegen tot zo’n twee miljoen.
In Nederland werd de muskusrat voor het eerst gesignaleerd in 1941.
Het beestje vormt een gevaar voor de biodiversiteit en bedreigt met zijn fanatieke gegraaf de veiligheid van onze dijken.
Mediterrane draaigatje en andere exotische mieren
In 2013 kon het mediterraan draaigatje voor het eerst worden bevestigd in ons land. Het gaat om een sterk invasieve en overlast gevende soort.
De groei in aantal bekende populaties ging toen snel. In maart 2019, waren er acht populaties bekend. Nu zijn dat er al negenentwintig! Een ongekende groei die we bij geen van de andere invasieve mieren in Nederland eerder hebben gezien!
Alle bekende populaties zijn in bebouwd gebied en op elke plek komen de mieren ook massaal in tuinen en binnenshuis voor, waar hun gebijt en gezoek naar voedsel niet worden gewaardeerd.
Argentijnse mieren
Argentijnse mieren behoren tot ’s werelds ernstigste plaagorganismen en ze staan op de lijst van ‘100 of the world’s worst invasive alien species’. Buitenshuis komen de mieren vooral in subtropische gebieden voor, maar binnen kunnen ze overal ter wereld gevonden worden. Zoals de naam al indiceert, gaat het hier om een soort die zijn oorsprong heeft in Zuid-Amerika. In de vorige eeuw heeft Linepithema humile kans gezien om zich te vestigen op alle continenten, met uitzondering van Antarctica.
Aanvankelijk liften ze over zee mee met zeeschepen, later ook met vliegtuigen.
Eenmaal gevestigd blijken ze ook lokaal met allerlei transportmiddelen nieuwe gebieden te koloniseren. In Europa is de Argentijnse mier bekend vanaf de 19e eeuw.
In 1976 was de eerste waarneming voor Nederland en de mieren worden met regelmaat onderschept tijdens inspecties van geïmporteerde planten. Er is dus een continue import van Argentijnse mieren in Nederland. Af en toe vestigen de mieren zich in huizen of andere gebouwen. Dit leidt soms tot overlast, maar door bestrijding kan het probleem meestal opgelost worden. Als de mieren echter niet tijdig opgemerkt of bestreden worden, kan de mier zich zeer snel uitbreiden door nest afsplitsingen. Er zijn vele koninginnen die nieuwe mieren produceren, de overlast neemt toe en bestrijding wordt steeds lastiger.
Er zijn meerdere van dit soort plagen geweest en in Capelle aan de IJssel (Zuid-Holland) is ongeveer 25 jaar overlast geweest van de mieren die verspreid over een wijk voorkomen. Hier werden de miertjes zelfs buiten de gebouwen gezien en inmiddels is aangetoond dat er ook daadwerkelijk nesten buiten gebouwen waren, die ook de winter door komen. Dit maakt de bestrijding nog lastiger, omdat veel onduidelijker is waar alle nesten zich bevinden. Momenteel lijkt het probleem wel te zijn opgelost, door jarenlange bestrijding.
Verontrustend is dat de Argentijnse mier zich in het mediterrane gebied gedraagt als een invasieve exoot met enorme populaties in natuurgebieden en grote effecten op de flora en fauna. Onder invloed van klimaatverandering ken deze problematiek zich mogelijk verplaatsen naar meer noordelijke regio’s. Mogelijk loopt dus ook Nederland risico op een invasief wordende Argentijnse mier, helemaal omdat de soort al in stedelijk gebied aanwezig is en zich dus ook langzaam kan aanpassen aan ons klimaat.
Wasberen en Wasbeerhonden
Over wasberen en wasbeerhonden hebben wij al eerder 2 artikelen geschreven:
Alles over deze exoten kunt u lezen in bovenstaande artikelen.
Veelkleurig Aziatisch lieveheersbeestje
Ze zien er schattig uit, maar schijn bedriegt. In de jaren 60 werd het Aziatische lieveheersbeestje Europa binnengehaald als biologische bestrijder van bladluizen, maar inmiddels is gebleken dat het diertje ook schade aanricht. Ze eten namelijk niet alleen graag bladluizen, maar doen zich ook graag tegoed aan larven van andere insecten – waaronder die van het inheemse lieveheersbeestje.
Bovendien draagt het Aziatisch lieveheersbeestje parasitaire schimmels met zich mee, die voor het ‘gewone’ lieveheersbeestje dodelijk zijn. Omdat het Aziatische lieveheersbeestje hier in de wintermaanden niet kan overleven, trekt het in het najaar met honderden tegelijk naar binnen om daar te profiteren van de warme geisoleerde ruimtes.
Aziatische Hoornaar
Nog een Aziaat; de Aziatische Hoornaar. De waarneming van de Aziatische hoornaar (Vespa velutina) werd gedaan bij een mezennestkast in Terneuzen. Zoals met alle wespen in het voorjaar, betrof het een koningin die een klein nest maakte om een nieuw volk te stichten. De Aziatische hoornaar staat op de Europese Unielijst van ongewenste exoten en wordt daarom zeer actief bestreden.
In opdracht van de overheid, is de NVWA belast met het monitoren, registreren en bestrijden van de Aziatische Hoornaar net zoals met de Tijgermug gebeurt.
Aziatische Boktor
De Aziatische boktorren verspreiden zich door in hun directe omgeving eitjes te leggen in de bast van vele bomen en plantensoorten, waarbij de voorkeur uitgaat naar Esdoorns. (Acer spp.) In het voorjaar en de zomer ontwikkelen de larven zich.
De kevers knagen een rond uitvlieggat en verlaten de boom.
Bij het aantreffen van uitvlieggaten bestaat de kans op nieuw aangetaste bomen in de omgeving. Aziatische boktorren zetten alleen eieren af op levende bomen. Zij kunnen zich niet vermeerderden op dood hout en worden dus niet aangetrokken door bijv. een stapel haardhout. Dit in tegenstelling tot de inheemse veranderlijke boktorren.
Huiskraai
In 1998 en 1999 heeft de soort bij Hoek van Holland met succes gebroed. Sindsdien breidt de kolonie zich geleidelijk uit. In 2012 werden 20 tot 30 huiskraaien in Hoek van Holland en omgeving geteld.
Omdat elders de huiskraai als plaag en potentieel gevaar voor de volksgezondheid wordt beschouwd, wil de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit dat de vogel door afschot uit Nederland wordt verwijderd. Hiertegen zijn de De Faunabescherming en de Partij voorde Dieren met succes in het geweer gekomen bij de rechter. Op 14 januari 2013 besloot de rechter dat de huiskraai valt onder de regels die voor alle wilde vogels in Nederland gelden en daarom niet mag worden uitgeroeid, hoogstens mag de populatie in aantallen worden beperkt.
In een hoger beroep besloot de Raad van State echter dat de kraaien wel uitgeroeid mochten worden, omdat de dreiging te groot zou zijn. Het levend vangen van de dieren bleek echter te lastig, het bedrijf berust met de taak heeft besloten terug te vallen op het afschieten van de dieren in het wild, met een luchtbuks. Dit tot woede van enkele bewoners.
De huiskraai, die van de torenkauw te onderscheiden is door zijn lange snavel, is waarschijnlijk door mee te reizen op zeeschepen geïmmigreerd. Hier leeft de huiskraai vooral in steden, waar hij andere vogels verdringt of met ze concurreert om voedsel. Daarnaast veroorzaken huiskraaien geluidsoverlast en verontreiniging.
Soms – in het broedseizoen – vertonen ze ook agressief gedrag en vallen ze mensen aan.
Hulp nodig bij de bestrijding van invasieve exoten?
Heeft u overlast of hinder van invasieve exoten of andere plaagdieren?
Twijfel niet en neem contact met ons op! Wij gaan graag het gesprek met u aan om een geschikte oplossing te vinden voor uw ongedierteprobleem!
Neem vrijblijvend contact met ons op via telefoon, mail of middels ons contactformulier.
Telefoon: 0320-286900
Email: info@megades.nl
Dit delen op:
- Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen met Twitter (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend)